Wat verandert er in 2023?

Van januari tot juli 2023

PHEV voertuigen behouden hun huidige fiscale aftrekbaarheid, maar brandstofkosten (benzine en diesel) zijn nog maar voor de helft aftrekbaar. (50%)

Voor Plug-In hybrides die na 1 januari 2023 besteld worden, is slechts 50% van de fossiele brandstofkosten aftrekbaar. Elektriciteit daarentegen blijft 100% aftrekbaar. Als u de wagen voltankt tegen 100 euro per maand, bedragen de netto extra kosten 100x50%x25% (vennootschapsbelastingtarief) = 12,50 euro/maand. Alle andere kosten in verband met de plug-in hybride bedrijfswagen (onderhoud, herstellingen, verzekering, carwash, bijstand, enz.) zijn aftrekbaar op hetzelfde niveau als het voertuig.

Vanaf juli 2023

Voor Plug-In hybrides die vanaf 1 juli 2023 worden besteld, blijft de brandstofaftrek tot eind 2026 beperkt tot 50%. Het daalt tot 25% in 2027 en tot 0% in 2028. Ook voor deze PHEV’s die vanaf 1 juli 2023 worden besteld, blijft de elektriciteitsaftrek in 2023 en 2024 op 100% en daalt deze tot 75% in 2025. 50% in 2026, 25% in 2027 en 0% in 2028.

Voor alle andere wagens (benzine, diesel, full hybrid, CNG en LPG) zijn alle kosten (onderhoud, herstellingen, verzekering, carwash, bijstand, enz.) aftrekbaar aan hetzelfde percentage als de wagen zelf. En dat blijft zo tot de wagen van eigenaar veranderd, op voorwaarde dat het voertuig uiterlijk op 30 juni 2023 is besteld.

Voor deze ‘andere wagens’ die vanaf 1 juli 2023 besteld worden, blijft de brandstofaftrek op hetzelfde niveau als de wagen in 2023 en 2024. Het zal afnemen tot 75% in 2025, 50% in 2026, 25% in 2027 en 0% in 2028.

Als de wagen van de zaak voor 71% aftrekbaar is, zijn de daaraan verbonden kosten (afgezien van de brandstof) dus ook voor 71% aftrekbaar. Voor 100% elektrische wagens is alles 100% aftrekbaar.

Fade-out scenario van de fiscale aftrekbaarheid  van de niet-emissie loze wagens. De aftrekbaarheid zakt dan elk jaar met 25%.

• Voorbeeld: een wagens met CO2-uitstoot van 180g/km is vandaag 50% aftrekbaar. Dezelfde wagen die na 1 juli 2023 wordt besteld, zal in 2025 nog maar 30% aftrekbaar zijn.

Hogere solidariteitsbijdrage (CO2-bijdrage) voor niet-emissievrije bedrijfswagens van je werknemers

Als jouw werknemers de bedrijfswagen ook voor privéverplaatsingen mogen gebruiken, moet je als werkgever een solidariteitsbijdrage aan de RSZ betalen. Voor de sociale zekerheid wordt er immers geen voordeel van alle aard toegepast voor het privégebruik van de bedrijfswagen. Enkel de solidariteitsbijdrage is verschuldigd. 

• Let op! Voor de fiscus wordt er wel een voordeel van alle aard toegepast voor het privégebruik van de bedrijfswagen.

 De solidariteitsbijdrage wordt berekend op de CO2-uitstoot van de bedrijfswagen en wordt daarom ook wel eens “CO2-taks” genoemd. Het bedrag van de taks hangt af van de CO2-uitstoot en het type brandstof van de wagen. Bovendien moet je deze bijdrage ook betalen als jouw werknemer zelf bijdraagt in de financiering of het gebruik van het voertuig. Ze wordt via de volgende formule berekend:

 [(CO2-uitstoot x € 9) – 768 (benzine) of 600 (diesel) of 990 (LPG)] /12

 Het resultaat van deze berekening wordt elk jaar op 1 januari geïndexeerd. Voor 2022 bedraagt de indexeringscoëfficiënt 1,3525.

•  Voorbeeld: Je stelt een bedrijfswagen ter beschikking met een benzinemotor en een CO2-uitstoot van 120 g/km. Jouw werknemer mag die wagen ook privé gebruiken. Je moet dus een maandelijks solidariteitsbijdrage aan de RSZ betalen. In 2022 bedraagt die:
  [(120 x 9) -768]/12 = 26,00 euro x de indexeringscoëfficiënt van 1,3525 = 35,17 euro

 Om het bedrijfswagenpark versneld te vergroenen, zal de solidariteitsbijdrage vanaf 1 juli 2023 met een bepaalde factor verhoogd worden. Het gaat om de volgende verhogingen:

Vanaf                                Solidariteitsbijdrage verhoogd met een factor

1 juli 2023                         2,25

1 januari 2025                  2,75

1 januari 2026                  4,00

1 januari 2027                  5,50

 Deze verhoging wordt niet toegepast op bedrijfswagens die vóór 1 juli 2023 worden aangekocht, gehuurd of geleased.

• Voorbeeld: Je leaset op 1 augustus 2023 een bedrijfswagen. Je stelt die ter beschikking van een werknemer en je zou er normaal een maandelijkse solidariteitsbijdrage van 35,17 euro voor moeten betalen.
  Omdat die wagen na 1 juli 2023 werd geleased, moet je de solidariteitsbijdrage met een factor van 2,25 verhogen. Je zal 79,13 euro per maand (35,17 x 2,25) als solidariteitsbijdrage betalen.

 De solidariteitsbijdrage zal dus aanzienlijk verhogen voor bedrijfswagens die je vanaf 1 juli 2023 leaset, huurt of aankoopt.

De minimumbijdrage

Ook het niet-geïndexeerde bedrag voor de minimumsolidariteitsbijdrage, die bijvoorbeeld van toepassing is op elektrische wagens, zal worden verhoogd. Die verhoging gaat pas in vanaf 1 januari 2025.

Op dit moment is het niet-geïndexeerde bedrag voor de minimumsolidariteitsbijdrage 20,83 euro. Vanaf 1 januari 2025 zal dit niet-geïndexeerde minimumbedrag als volgt verhoogd worden:

 Vanaf                               Nieuw niet-geïndexeerd bedrag

1 januari 2025                  23,41

1 januari 2026                  25,99

1 januari 2027                  28,57

1 januari 2028                  31,15

 Deze verhoging geldt ook niet voor bedrijfswagens die je vóór 1 juli 2023 geleased, aangekocht of gehuurd hebt.